Sep-05: 0024-Zaltbommel

Dit keer heb ik maar een klein zwerftochtje gehouden en was ik niet van plan om daar zoveel aandacht aan te besteden. Ook met het idee dat ik misschien in October nog een rondje ga fietsen. Toch heb ik ook deze keer weer van alles meegemaakt en dat kan ik moeilijk voor me houden. Vandaar dat ik al enkele dagen terug logde over een ‘Leuk Voorval’. (Inmiddels heb ik dat bericht verplaatst naar 29 oktober zodat het een deel is van het complete verslag.)

Nou kwam ik er achter dat die ‘krenten uit de pap pik’-methode niet zo goed aansluit op mijn manier van vakantie vieren. Eigenlijk heb ik ik erg veel (positieve-) last van oorzaak en gevolg. En dan is het toch handiger om maar gewoon bij het begin te beginnen.

Voor het eerste deel van mijn fietstochtje was het zwerven beperkt omdat mijn einddoel bij kennissen in Zuid-Limburg-Zuid (beter bekend als het Mergelland) vaststond. Wanneer ik daar zou aankomen stond iets minder vast. Ik bedacht daar zo’n 3 dagen voor te nemen. Dat was de reden dat ik eerst maar eens de trein naar ‘s-Hertogenbosch gepakt heb.

Vanuit Alkmaar gaat elk half uur een directe trein naar die plaats en dat is best handig. Nou was niet ‘s-Hertogenbosch mijn eerste doel, maar het iets noordelijker gelegen Zaltbommel. Dat stukje besloot ik maar even te fietsen. Ik heb van de Brabantse hoofdstad dan ook weinig gezien, behalve het noordelijke deel met een oude cigarenfabriek.

Over de Maas hoefde ik alleen maar het fietspad langs de A2 te volgen, wat ik dus niet deed. De stank en het lawaai van snelverkeer vind ik niet zo aanlokkelijk. Bij Hedel ben ik dan ook op goed geluk de binnenlanden van de Bommelerwaard ingetrokken. Nog geen 4 km verder zag ik leuke kasteeltorentjes opdoemen en via een handig afsnijfietspadje stond ik zomaar bij kasteel Ammersoyen wat dus bij Ammerzoden ligt.

Naast een kudde eenden, zwanen en andere drijfsijzen, was ik de enige bezoeker. Het geheel kwam dan ook over als een soort verlaten Bommelstein in een heerlijk zomerzonnetje. Wolken waren er trouwens ook genoeg, maar die hielden netjes hun water vast.

Na wat verlaten landweggetjes door Kerkwijk en Bruchem zag ik de bekende kerktoren van Zaltbommel opdoemen. Ik was al eerder van plan om Zaltbommel te bezoeken maar tot nu toe was dat er nog nooit van gekomen. De bezoekreden is dat het een vestingsstadje beterft en die zijn doorgaans een stuk mooier dan de gemiddelde Vinex-wijk. Zaltbommel is zeker fraai en vanuit het hele dorp valt die hoge kerktoren te bewonderen. De singel en de vestingwerken vielen me een beetje tegen en misschien waren m’n verwachtingen gewoon wat te hoog.

Na een uurtje Bommelen ging ik wat oostwaarts langs de Waal richting Rossum. Het mag duidelijk zijn dat ‘Maarten van -‘ hier erg berucht is. Over de voornaam bestond nog wel verschil van inzicht. Zo fietste ik in Zaltbommel over een Marten van Rossemsingel en bij Hurwenen over een Maarten van Rossumstraat.

Bij Rossum was het wat zoeken om het pontje van Alem te vinden. Toch lukte me dat aardig en kon ik op de Alemer kermis nog een lekkere oliebol meepakken. Ik verliet zo Gelderland en meteen in Noord-Branbant werd ik geconfronteerd met de eerste verkeersblunder. Bij een dijk was het de bedoeling dat ik en andere fietsers een stukje trap nam naar een fietspad. Die sjouw-optie was ongeschikt voor fietskarren of oudere fietsers. De locale fietsters zag ik dan ook een stukje over de grote weg fietsen waar dat verboden was. Ik kon ze geen ongelijk geven.

Begin met Kaart | Vervolg

Advertentie