Oct-06: 0330-Cadier en Keer
Zoals ik eerder had gemeld was Sint Geertruid een voorlopig reisdoel. Ik heb daar mijn zwager en zuster bezocht die er kampeerden. Dus lekker voor de caravan gehangen en met ze uit eten geweest. Nou had ik geen zin om de hele tijd bij hen op de lip te zitten, dus heb ik onderwijl nog een klein rondje in de omgeving gefietst.
Daarvoor reed ik eerst de heuvel af Eijsden in. Via Fialas had ik begrepen dat het Eijsdense gemeentehuis ook een Cuypers-deel had. De stijl van Cuypers was er duidelijk in te herkennen, maar het werd me niet duidelijk welk deel van hem was. Een handig bordje -zoals hier bij dit soort monumenten te vinden zijn- vond ik daar helaas niet. Zelf denk ik dat het om de westelijke vleugel gaat, maar zeker ben ik er niet van. Eerder had ik deze tip van Fialas doorgestuurd naar de website van het Cuypersjaar, maar die hebben dit gebouw nog steeds niet opgenomen in hun overzicht.
Eijsden is trouwens best een leuke plaats, waar ik wel eens eerder doorgefietst ben, maar nooit echt goed heb bekeken. Nu dus wel. Het was heerlijk weer en ik zag er een grappig pontje. Dat leek me wel wat. Het overrivierse was voor mij onbekend en er moest daar nog ergens een Pietersberg liggen.
Helaas ging dat feest niet door. Op het pontje hing een kladje dat de stroming in de Maas te rap was en er niet gevaren werd. Nou had ik via Visé kunnen gaan, maar daar had ik weinig trek in. Ik vervolgde mijn route langs de Maas in noordelijke richting door Oost-Maarland.
Dit was duidelijk een druk fietsgebied, dat doorliep tot in Maastricht. Bij mijn eerdere bezoeken aan die stad was me niet opgevallen dat er zoveel gefietst werd. Eerlijk gezegd werd er toen ook niet zoveel gefietst. Dit is duidelijk iets van de laatste jaren en zal ook te maken hebben met het mooie weer en een soort culinair feest of het Vrijthof.
Door dat gefeest was het me eigenlijk wat te vol in die stad. Ik heb m’n fiets aan de kant gezet en wat rondgeslenterd met de kudde mee. Het viel me vooral op dat er veel zichtbare studenten waren en misschien hadden die tegelijkertijd ook een soort inwijdingsdag.
Na een dik uurtje had ik het allemaal wel gezien en besloot ik via Cadier en Keer terug te keren. Voor dat dorp was nog een lekkere steile heuvel en zag ik heel wat huiswaarts fietsende schoolkinderen krachtpatsen. In Cadier (of Keer?) trof ik een hele groep jonge basisschoolkinderen op hun kinderfietsjes. Mij is het wel duidelijk dat ook hier de fiets meer gestimuleerd wordt.
Bij een bakkertje heb ik er lekker aan de terraskoffie gezeten met een ‘opa’ die op zijn kleinkinderen moest letten. Hij had daar geen kind aan en we hebben dan ook leuk geboomd over van alles en nog wat. Ik schoof bij deze man aan omdat er maar 1 tafeltje buiten stond. Even later kwam er een stel lange-afstand wandelaars bij diezelde bakker. Een daarvan zette netjes een 2de tafeltje buiten, maar dat scheen niet de bedoeling te zijn. Binnen no-time stond dit tafeltje weer binnen.
Dat had niets te maken met de bakker, het was duidelijk een onderlinge ruzie. Ik snapte wel waarom, maar dat ga ik hier niet uitleggen. Wie weet vinden ze ooit dit log. Met mijn Limburgse tafelgenoot heb ik nog wel smakelijk nagelachen toen het groepje vertrokken was. Niet veel later zwierf ik via Banholt en Mheer terug naar Sint Geertruid.
Toen ik de voorgaande dag in het pension mijn naam in het grote boek schreef zag ik er 2 mensen boven staan die of nog net niet geboren waren of een zeer hoge leeftijd hadden. Dat laatste dus. Deze kwieke 90’ers ontmoette ik 2 ochtenden bij het ontbijt. Zij deden wat bustochtjes in de omgeving. Ik begreep al vrij snel dat zij uit Heerhugowaard kwamen, een buurgemeente waar ik vaak te vinden ben.
In een gesprek kregen we het ook over mijn werk, waar ik een straatnamenklus had. Toen ik een paar ‘malle’ straatnamen in Heerhugowaard noemde, bleek dat de echtgenote deze namen voorgedragen heeft bij de gemeente Heerhugowaard. Het zijn allemaal WO-II-verzetsheldinnen. Zij vond het heel erg dat je overal in Nederland straatnamen van verzetsmannen ziet en de verzetsvrouwen nergens te vinden zijn.
Dankzij haar inzet in Heerhugowaard dus nu wel. Mijn werkprobleempje was het gestandaardiseerde maximum van 24 karakters per straatnaam. Probeer dat maar eens met ‘Helena Theodora Kuipers-Rietbergtuin’. In overleg met de gemeente heb ik dus flink afgekort.
Het deed me ook goed om te zien dat deze mensen ondanks hun tijd in WO-II-kampen nog zo vitaal waren en zelf hun Limburgse rondreis organiseerden.
Geplaatst op 2007-10-06, in Zwerfmatig-7 en getagd als Cadier, Eijsden, Heerhugowaard, Keer, Limburg, Maastricht, Rijksmonument, Sint Geertruid, Stien Spier, Straatnaam, Toeval, WO-II. Markeer de permalink als favoriet. 19 reacties.
185 Legpuzzels
ximaar 
Ondertussen ben jij wel een autoriteit aan het worden als het over Nederkennis gaat.
Koningin Juliana’s, een verzetsvrouw pur sang naam komt anders behoorlijk veel voor. ;-)
Maar zover ik weet heeft Alkmaar een Hannie Schaftstraat.
Hee zeg maak het nou, dat hele gemeentehuis is van Cuypers,(behalve een recente aanbouw aan de achterkant) Toen ik het voor het eerst aanschouwde dacht ik dat ik voor het Amsterdamse CS stond. Het is trouwens gebouwd als klooster voor de Ursulinen, er zit ook een kerk aan vast..
De Ursulinen hebben er tot in de 70-er jaren in hebben gewoond en dreven er een middelbare school. Toen de nonnen te oud waren gaven ze er de brui aan en toevallig had de gemeente toen behoefte aan een groot gemeentehuis. We zijn er erg trots op.
Hier in Esnchede hebben ze op een bedrijventerrein met een buurtnaam de straten de namen gegeven van woonplaatsen elders in Nederland. Je kunt je voorstellen dat zoiets nog wel eens verwarring geeft. Vrachtauto’s die in de buurt aan het zoeken zijn en post met de verkeerde postcode zodat de post aankomt in het plaats waar de straat naar genoemd is.
b.v Ik woon in de buurt Rigtersbleek en op het bedrijventerrein met de naam ‘Rigtersbleek’ heet een straat Rigtersbleek-Zandvoort. Ben je lekker klaar als je daar een bedrijf hebt.
@Fialas: Hier staan 3 andere architecten genoemd en wordt alleen de hoofdvleugel aan Cuypers toegeschreven. Het verschil tussen het midden-, linker- en rechter-gebouw vond ik nogal groot. Toch jammer dat er niet zo’n ANWB-infobordje staat.
@Dolby: Betje Wolffstraat en Aagje Dekenstraat zijn ook te vinden in Middenbeemster, maar in dat dorp staat dan ook hun voormalige woning. :-)
In die wijk van Heerhugowaard betreft het zo’n 50 straatnamen, waarvan het overgrote deel dus flink lang is.
@F’slag; Soms zijn ze echt niet handig in de weer. Als je op dat kaartje van Heerhugowaard iets naar het noordoosten schuift, dan staan daar polder/gehuchtnamen als Kerkmeer, Woudmeer, Diepsmeer en Bleekmeer zonder iets van straat of laan daarachter. Da’s ook niet zo handig aangezien die gehuchten binnen 10 kilometer van die plek liggen en de oorspronkelijke bewoners beter bekend zijn met die gehuchten dan met deze onbekende nieuwe woonstraatjes.
Leuk log weer. Ik vind het altijd zo’n grappige naam, Cadier en Keer. Maar een inwijdingsdag? Je bedoelt zeker de ontgroening?
@Hette: Ik bedoel een soort dag voor studenten, maar ik had niet de indruk dat er ontgroend werd. Vaak is dat wel te zien. Ze hadden nu alleen allemaal dezelfde t-shirts aan en liepen wat door de stad.
Ik heb even op de landkaart gekeken en ik denk dat vroeger de westkant Keer heette en de oostkant Cadier (wat ik natuurlijk op z’n Frans uitspreek. :-).
@Allemaal: Ik heb even gegoogled en zag dat er die dag een jaarlijks Food Festival was en zogenaamde ‘Open studentenfeesten’.
Heerlijk, al die plaatsnamen in Zuid-Limburg die me zo bekend zijn van twee heerlijke fietsvakanties. Even de herinneringen opschudden…
Grappig, nooit nagedacht over de lengte van straatnamen. Wel logisch dat dat gestandaardiseerd is.
Zou dat in Wales ook zo zijn? Wat te denken van een Llanfairpwllgwyngyllgogerychwyrndrobwllllantysiliogogogoch-lane?
Ik had toch wel graag een ooggetuigeverslag van het meningsverschil over het tafeltje gehad. Dat soort opmerkingen maken mij nieuwsgierig. Verder geniet ik van uitspraken zoals: De stroming te rap
@Niklas: Straatnamen mogen elke lengte hebben, maar voor de uitwisselbaarheid tussen computerbestanden is er een standaard gemaakt. Toen ik er mee bezig was, was dat 24 karakters, waarbij een punt of spatie ook een karakter is. Afkortingen met punten er in zijn dan ook niet zo handig. En het is natuurlijk de bedoeling dat iedereen dezelfde manier van afkorten gebruikt. Vandaar het overleg met de gemeente.
Het eenvoudigste is Dokter Jan Nogwatstraat af te korten als Dr Jan Nogwatstr. Maar wat te doen met Dokter Jan Nogwaterf? Dan wordt het al snel Dr J Nogwaterf. En in dat gebied met die lange namen betreft het vooral ‘erven’ en ‘tuinen’.
Volgens mij is de afkorter van Wales nog niet klaar met zijn werk. :-)
Wij zijn daar geweest in het plaatsje in Wales en het is gewoon afgekort tot Llanfair.
Simpel toch. Die naam staat er alleen nog voor toeristen.
Ik zie nog wel eens straatnaam borden waarop men beslist alle titels wil vermelden, vooral bij burgemeesters zie ik dat nogal vaak. Zo kwam ik ooit ergens iets van een Burgemeester Baron Dr. Ing. van zus tot nogwat plantsoen tegen. Nu waren die Dr en Ing al afgekort, maar het lijkt me toch nog een hele kunst om zo’n riedel tot binnen 24 tekens af te korten. Het straatnaambord viel wel lekker op.
Leuk, Xinix, maar nou ben ik toch reuze benieuwd naar de ruzie, die bij het tafeltje hoorde.
@Vedat: Vooruit dan maar :-)
Ha! Eijsden ken ik ook. Van een vakantie in Zuid Limburg vierhonderd jaar geleden of zo. We logeerden toen in Simpelveld. Ken je dat? Dat is lekker fietsen daar!
@Leukerd: Ik denk het wel. Ik ben een keer via Heerlen en Bocholz gefietst richting zuiden. Dan zou ik er door of vlak langs gefietst moeten hebben. Weet me er alleen niets meer van te herinneren.