Aug-09: 7b Delft

In Kinderdijk werd het al wat zonniger en dat ging gestaag door. Ik veerde over naar Krimpen aan de Lek waar ik op de Lekdijk bleef fietsen. Aan de groene hectometerbordjes te zien was dit een N-weg, maar daar merkte ik weinig van. Er was bijzonder weinig verkeer op deze dijk. Door die dijk te volgen reed ik plots langs de Hollandsche IJssel.

Nou ging ik dus een beetje terug richting Gouda en dat was niet echt de bedoeling. Bij Oudekerk aan den IJssel lag een schattig fietspontje klaar, die me meteen als enige naar de overkant bracht. Een heel verschil met de Bergstoepse pont van gisteren, die een half uur wachtte om zijn pont gevuld te krijgen.

Achter de dijk aan de overkant bleek niets te liggen dan weiland. Ik wilde richting west en gokte er maar op dat ik wel iets zou vinden als ik eerst wat noordwaarts ging. Dat bleek een goede gok, via een mooi landelijk fietspad fietste ik Nieuwerkerk aan de IJssel in. Niet dat ik dat wist, er was geen kombord te bekennen. Dus vroeg ik het maar even in een winkel waar ik wat frisdrank scoorde.

Advertentie

Aug-07: 7a Kinderdijk

De volgende dag besloot ik om toch maar weer alles in te pakken. Als het aan mijn zwager en zuster lag, dan kon ik best nog wel een paar dagen blijven. Zelf had ik meer zin om in mijn eigen huis te slapen. Daar is het altijd een stuk koeler en na al die warme dagen begon ik daar naar terug te verlangen.

Terwijl mijn zwager en zuster voor de zoveelste keer naar het UMC gingen, vertrok ik dus naar huis. (Overigens was hun bezoek voor het aanhoren van uitslagen en die waren deze keer goed.) Het weer begon nog somberder dan gisteren en de voorspellingen waren ook slechter. Maar het was droog en ik zou wel zien hoe ver ik kwam.

Via IJsselstein en Polsbroek fietste ik op Bergambacht af. Net voor ik weer bij het pontje was trof ik een paar minuten regen. Ik schuilde nog niet wel en goed in een bushokje of de regen hield er alweer mee op. Net als gisteren was ik onderweg naar Kinderdijk. Zover ik weet ben ik daar nog nooit geweest, en wilde ik dat wel eens zien.

Aug-06: 6 Schoonhoven

Ik ben 2 nachten bij mijn zus en zwager gebleven, en heb tussendoor een rondje naar Streefkerk gefietst. Zoals uit de vorige logjes mag blijken, vergeet ik weleens m’n camera uit m’n loopschoen te halen. Dat is de vaste opbergplek als ik een hotel verlaat. In m’n schoen zit ie stevig en heeft ie niet zoveel last van trillingen. Als ik onderweg iets aardigs zie, dan trek ik m’n bagage open en haal ik m’n camera te voorschijn. Daarna verblijft ie doorgaans in de achterzak van m’n fietsshirt. Dus als ik eenmaal foto’s maak dan worden het er vaak een aantal.

Deze dag ook, al was het weer wel wat somberder. Het bleef wel droog. Ik vertrok pas na 2-en en had beloofd voor het avondeten terug te zijn. Onderweg merkte ik meteen dat ik daar niet echt van hou. Zonder tijdsdruk is het veel relexter fietsen. Ik wilde naar Schoonhoven en Kinderijk fietsen en deed dat via een aardige knooppuntroute door Uitweg, Lopik en Cabauw.

Ik was nog nooit in Schoonhoven geweest en wist dat het best een leuk plaatstje is. Dus nu maar meteen er op af gefietst en wat langs de grachten rondgekeken. Het is inderdaad een aardig plaatsje. Het gemeentehuis en een aparte watertoren gingen op de foto. Richting rivier is ook wel een grappig bruggetje dat een binnenhaventje ontsluit, maar de fabrieken op de achtergrond aan de overkant van de rivier zorgden ervoor dat ik daar geen foto van nam.

Aug-05: 5 Land van Maas en Lek

In Nijmegen had ik 2 opties. Bij rotweer kon ik de directe trein naar huis nemen en bij mooi weer ging ik fietsen. Het werd het laatste. Het was droog, alweer redelijk warm en zonnig. In de verte zag ik wel stapelwolken, maar die waren niet angstaanjagend.

Ik stapte dus op de fiets en vertrok zo ongeveer richting Oss. Daar was ik nog nooit geweest. Via wat buitenwijken van Nijmegen kwam ik door een klein natuurgebied en voor ik het wist was ik in Nederasselt. Bij Overasselt ging ik de Maas over om nog maar eens in Grave te kijken. Zulke verstingstadje mag ik graag zien.

Aug-04: 4 Buizicht

In Zeddam was het ook erg warm en dat bleef het tot diep in de nacht. Gelukkig kwam toen eindelijk de (door het KNMI beloofde) stortbui. Dat ding zou al aan het eind van de middag komen en was dus duidelijk flink overtijd. Na die bui koelde het gelukkig iets af en kon ik eindelijk de slaap vatten.

De volgende dag ging ik op zoek naar m’n kennis. Haar oude huis wist ik wel te vinden, maar dat stond te koop met alle luxaflexen dicht. Ik wist dat ze zou verhuizen en ook zo ongeveer waar naartoe. Dus ging ik net als gisteren nog maar eens rondneuzen in hartje Wehl.

Wat gisteren dus niet lukte, lukte nu in 1 keer. Ik reed zo op het nieuwe apartementengebouw af en het was me wel duidelijk dat zij daar moest wonen. En jawel op 1 van de brievenbussen stond haar naam. Zoals verwacht was ze thuis en ze vond het erg leuk dat ik even langskwam.

Aug-02: 3 Richting Achterhoek

De volgende dag bedacht ik in een iets rechtere lijn te fietsen richting Zeddam, naar een kennis die altijd thuis is. Door de zuidoostelijke stadspoort fietste ik de Kampense binnenstad uit en ik bleek meteen een prachtig breed fietspad door de buitenwijken te treffen. Via mooie een mooie slingerdijk kwam ik in Kamperveen en daar stonden de handige overzichtskaarten alweer langs de weg.

Met die knooppuntborden kon ik de kaart mooi achter in de fietstas laten en nummerde ik via Zuideinde en ’t Harde de Veluwe in. Af en toe week ik daar wat van af zoals bij Tongeren. Om een of andere reden ging ik ook door Vaassen om er mooi kasteeltje op de foto te zetten.

Op een bankje had ik nog een heel gesprek met een 74-jarige zwerffietser uit Eindhoven. Hij reed ook zo’n 100km per dag, maar gebruikte daar een racefiets voor en liet zijn bagage achter in een pensionnetje.

Aug-01: 2b Kamperfoto’s

Rond half zes kwam ik in Kampen aan en nog geen halfuurtje later stond ik onder de douche in een aardig pensionnetje in de binnenstad. Niet dat dat zoveel hielp, want nog geen meter uit de douche gutste het zweet alweer uit mijn poriën. Het was nog erg warm en benauwd.

Eten deed ik bij een Grurk (Griekse Turk of Turkse Griek) in een soort binnenplaatsje. Daar viel het qua drukte nog mee. Kampen had deze dag een Kamper Ui(t)dag, met een handvol podia. De terrassen bij die podia waren flink gevuld en trokken me niet zo. Het was niet echt mijn muziek en zoveel zwetende mensen om me heen zag ik ook niet zo zitten.

Na negenen heb ik een flinke stadswandeling gemaakt. Kampen heeft aparte steegjes, een mooi singelpark en een 3tal stadspoorten. Ik vraag me af of er in Nederland een plaats is met 4 of meer poorten. Van de Broederpoort en de Cellebroederspoort heb ik wat foto’s gemaakt.

Ik zocht trouwens naar een witte poort, die ik thuis op een oud kwartetspel heb. Die poort kon ik niet vinden. Via wat googlen heb ik begrepen dat die (Koornmarkt-)poort (aan de IJssel) in 1982 van zijn witte buitenkant ontdaan is.

Door kampen loopt 1 lange gracht (‘Burgel’) die me erg deed denken aan de Oudegracht in Alkmaar. Het is zeker een mooi stadje. Ik ben er maar 1 keer geweest, een jaar of 20 terug. Toen fietste ik ook over de dijk naar Lelystad en heb ik dezelfde dag nog de trein vanuit IJsselmuiden terug naar huis genomen.

Erg veel rondgekeken heb ik toen niet en nu wilde ik dat wel even goedmaken.

Het andere leuke van Kampen is dat het aan de IJssel ligt. Helaas was er bitter weinig scheepvaart. De nieuwe hefbrug ziet er wel grappig uit, maar het duurde een tijd eer ie een keer werd geopend.

(begin – Routekaart met foto’s – vervolg)

---

Jul-31: 2a Dronten-Kampen

De volgende dag wilde ik het kort maken, hooguit 80km, om niet opnieuw last te krijgen van kramp. Via Swifterbant en de Ketelbrug kwam ik in de Noordoostpolder. Ik wilde nog even in Urk kijken, maar ook vanaf deze kant werd dat tegengewerkt. Het fietspad er naartoe was afgesloten.

De Urkers moeten er wel een bende van gemaakt hebben om mij zo stuctureel de toegang tot hun dorp te ontnemen. Dan toch maar direct via Nagele naar Emmeloord. Hier was ik nog nooit geweest en zo te zien was dat geen gemis. Mijn neef was stratenmaker, maar ik kon hem helaas niet op z’n kop geven voor de belabberde straten en dito betegelde fietspaden. Hij en zijn vrouw waren op vakantie. Niet dat dat zo erg is, zo heb ik een mooie reden om nog eens een keer langs te gaan als de boot naar Urk weer in de vaart is.

Via Marknesse reed ik Flevoland uit en Overijssel in. Meteen nam ook het aantal fietsers flink toe. Het was wederom schitterend en heet weer en Blokzijl bleek een heel aardig plaatsje te zijn. Hier trof ik ook weer de knooppuntroutebordjes die ik in Flevoland niet gezien heb.

Ook Vollenhove ziet er leuk uit, net als Zwartsluis, Genemuiden en Hasselt. Ik deed het rustig aan en slingerde wat over de oude dijken. In Hasselt hadden ze een handige oplossing bedacht om een kerktoren wat beter op de foto te krijgen. Ik heb er een kleine siësta gehouden en bedacht of ik naar Zwolle of Kampen zou gaan.

Zwolle was inmiddels dichterbij, maar naar naar Kampen zou ik de wind in de rug hebben. Die laatste optie won, ik had al genoeg tegenwind gehad. Het laatste rechte stuk door Mastenbroek ging dan ook met 40km/h. Ik bedacht er maar de weg te nemen, zoals de brommers moeten/mogen. Daarbij was de prachtige weg leeg en het smalle hobbelige fietspadje vol met fietsers die schijnbaar niet voor de wind hadden.

108km later was ik dus alsnog in Kampen. Volgens mij had dat korter gekund, maar zeker niet mooier.

(begin – Routekaart met foto’s – vervolg)