Site-archief

Jul-28: TdF-2023 De Rest

Ben nu pas aan het restje van de TdF-Hommes toe. Vijf afleveringen geleden leek het me wel wat om weer eens iets met de Tour-de-France te doen. Het is alweer wat jaren geleden dat ik dat deed. Alleen maakte ik er destijds 1 bericht over zo’n complete Tour. Met meer berichtjes leek het me ook wel wat om stukjes kaart toe te voegen en daar m’n eigen routes op in te krassen. Dat bleek toch wat meer werk. Voor een deel komt dat door het slechte kaartmateriaal van Here waar de TdF mee werkt.

Daarbij wil ik het tussendoor wel eens over iets anders hebben en nam m’n vrijwilligersweek meer tijd dan gebruikelijk. Kortom de renners zijn al lang en breed over de finish in Parijs en ik ga het nu nog over de laatste 3 etappes hebben.

Ik was gebleven bij etappe 18. Etappe 19 speelde zich af in de Jura. Ben 2x door de Jura van noord naar zuid gefietst en ook een keer van west naar oost. Kwam bij 1 van die tochten door Lons-le-saunier, wat ik als hoofstad van de Jura beschouw. Deze etappe ging daar in een krul omheen en op een manier die niet 1 van mijn 3 fietstochten kruiste. Kortom geen raakvlak. Heb er dus ook maar geen kaartje van gemaakt.

Lees de rest van dit bericht

Nov-19: Dag-10 Oostwaarts

In Vesoul heb ik de volgende morgen een broodje in zo’n broodjeszaak zonder stoelen gehaald en vervolgens opgegeten in een mooi café waarvan ik de indruk had dat die brodeloos was. Dat had ik mis, ik zag er anderen met succes een vergelijkbaar broodje bestellen. Maar goed dat ik wat achteraf zat, achter een brede pilaar, met m’n broodje in zo’n stokbroodzak. Kortom minder opvallend gegeten omdat ik niet weet hoe vooral de bediening (die daar zowaar ook rondliep) er op zou reageren. Ik zat binnen omdat het terras al vol zat met schijnbaar 1 grote familie. Dus kinderen, oma’s en mogelijk een buurman of -vrouw. Iedere Fransman geeft een bekende man ‘s-ochtends een hand en een vrouw een zoen. Daar kijk ik niet van op. Maar als jonge mannen een opa zoenen, dan is er toch eerder een familieband. Het schoof af en aan en ik had van binnen een mooi uitzicht op deze terrastoelendans.

Net na het geld pinnen zag ik een postbode met e-bike, dus eigenlijk een e-post. Franse postbodes, maar ook prullebaklegers in o.m. Lille gebruiken steeds meer een elektrisch ondersteunde fiets. Gewone fietsers kwam ik deze dag vrijwel niet tegen en ook geen racefietsers of (op deze postbode na) e-fietsers. Ik ging vanaf hier noordwaarts richting Vogezen. Niet dat ik stoer wilden doen door daar dwars overheen te fietsen, maar omdat Luxeuil-les-Bains er tegenaan ligt. Op een foldertje in het hotel had ik begrepen dat dit de meest bezienswaardige badplaats in dit gebied moest zijn.
Lees de rest van dit bericht

Fietsvakantie 2003 deel 2

Na 2 uur treinen vauit Chaumont stapte ik met gratis vervoerde fiets uit in Belfort. Dit is de hoofdstad van het Territoire de Belfort, 1 van de weinige departementen waar ik nog niet gefietst had. Toen ik mijn fiets uit de trein haalde zag ik dat m’n achterband leeg stond. Het ventiel was gelanceerd. Dit had ik een jaar eerder ook al eens. Later bedacht ik dat de oorzaak in een verkeerde velg zit. Die is gemaakt voor normale ventielen en ik koop zelf liever de smallere Franse ventielen. In Belfort was het nog steeds slecht weer met zware onweersbuien. Tijdens het schuilen had ik een leuk gesprek in het Duits met een winkelende fietser. Deze inwoner was 50 jaar eerder in Oostenrijk opgegroeid. Rond 15 uur gaf ik de hoop op beter weer op. Nog geen kwartier later zat ik in een prima hotelletje. Een rustige kamer met alle voorzieningen voor 27 Euro. Dat was de schappelijkste prijs tot dan toe. Natuurlijk heb ik nog het indrukwekkende Belfort beklommen, dat inderdaad een Belle Fort is.

Vanaf Belfort was het, op een enkel buitje na, droog. Via een mooi fietspad langs het Canal Rhône-Rhin kwam ik in Mulhouse. Een Tour de France stad die me wat tegenviel. Het weer werd zelfs zo goed dat ik nog wat doortrapte en die dag in Neuf-Brisach uitkwam. Een paar jaar eerder was ik al eens door dit leuke vesting-stadje gefietst. Een dag later heb ik aan de Duitse kant van de Rhein gefietst en kwam ik via allerlei landweggetjes in Offenburg uit. Tegenwoordig zijn veel Anlieger Frei weggetjes voorzien van een extra bordje dat aangeeft dat fietsers niet met een doodlopende weg te maken hebben. Voor een zwerffietser is dat een zeer prettige ontwikkeling. In de avond was het prachtig zonnig, maar de volgende morgen zeker niet. Die begon met regen en leek daar ook mee te willen eindigen. Dus nog maar een treinkaartje gekocht, deze keer naar Karlsruhe. Ik had bedacht om daarna ook Speyer en Worms aan te doen.

In de trein was het zo druk met een Franse schoolklas, dat ik voor een tussenstopje in Baden-Baden koos. Die stad moest ik ook maar eens bekijken. Ik had altijd begrepen dat dit een dure stad was, maar toen ik in het centrum hotelkamers (met ontbijt) voor 25 Euro zag, dacht ik daar anders over. Verder was er veel bezienswaardig, dus hier te overnachten leek me wel een goed plan.

Ik hoorde dat er mooi weer aankwam en dat was nog waar ook. Vrijdag 23 mei werd het 25 graden, een groot verschil met de 13 graden daarvoor. Alle wolken waren vertrokken, en het leek me dan ook handig om richting Neckar te fietsen. Daarbij wilde ik het hoge deel van het Zwartewoud vermijden. Dat lukte maar deels, onderweg trof ik toch nog een helling van 17%. Met mijn tandwielen was dat dus een stukje lopen. Bij Pforzheim vond ik een prachtige fietsroute langs de Enz.

Via allerlei leuke stadjes kwam ik in Besigheim uit, de plek waar de Enz in de Neckar uitmondt. Een heel aardig stadje waar ik in een boeren Gasthof overnachtte. Langs de Neckar was ook een fietsroute aangebracht. Niet zo mooi als langs de Enz, maar zeker handig om het autoverkeer te ontlopen. Het was die dag nog warmer en zonniger. Heilbronn viel me bij de hitte wat tegen. Na de middag was het in Bad Wimpfen nog heter, maar dat deed niets af aan het pittoreske ervan.

Bij Mosbach verliet ik de Neckar en kwam ik uiteindelijk in Waldürn. Dit kleine plaatsje tegen het Odenwald had veel hotels en ik vond al snel een goed onderdak. Later bleek dat het hier om een soort pelgrimsoord gaat. Net als een dag eerder kon ik er ‘s-avonds heerlijk buiten eten. Het keurige pension koste al weinig (19 Euro), maar voor (veel te veel) voedsel en 1 liter bier wilden ze ook niet meer dan 9 Euro in rekening brengen. Een week eerder betaalde ik in Frankrijk voor beide nog het dubbele.

Inmiddels was ik bij de Main gekomen. Het verbaasde me niets dat hier ook al van die mooie fietspaden langs lagen. Al die paden worden ook goed gebruikt. Nog even en er wordt door een Duitser net zoveel gefietst als door een Nederlander. De Belgen en Fransen blijven wat dat betreft ver op hen achter. Van Miltenberg (waar net zo’n basiliek staat als in Waldürn) via Wertheim kwam ik bij Lohr. Daar was het me nog wat te vroeg en ik besloot met een miezerig beekje naar het noorden te fietsen. In Frammersbach vond ik een prima hotel, met prima Chinees en prima Frammersbacher bier. Voor de rest had dit dorp weinig te bieden.

Verslag deel 1 | Foto’s deel 2 | Verslag deel 3 met Routekaart