Site-archief

Jan-06: Verbinding

Bij Frans54 las ik een stukje met de titel ‘Storing’. Hij heeft schijnbaar last van een slechte verbinding, een brakkige provider, een weblog-host waar iets niet in de haak is, of een PC met kuren.

Om uit te vissen wat er aan de hand is, zijn er diverse opties. Het eerste is om te kijken wat de snelheid is van de modem. Meestal staat die rechtsonderin op de taakbalk en bij Status wordt een getal zichtbaar. Dat getal hoort de snelheid aan te geven die afgesproken is met de provider. In mijn geval 20,5 Mbps. Dat is de snelheid tot de provider. Bij ADSL en een lange afstand tot de telefooncentrale kan dat getal lager zijn. Het getal is altijd wel gelijk, dus als daar een afwijking is, dan is het handig om de modem opnieuw te starten en/of alle strekkertjes een keer los en vast te maken. Dat laatste helpt tegen slechte contacten. Bij kabelmodems is die afstand tot de centrale niet van belang, maar onstaan eerder verlagingen door een lastige buurjongen die teveel download.

Bij de provider wordt de verbinding met het echte WWW (Worldwide Web) gemaakt. Die snelheid is meestal 80% van het maximum en is goed te meten bij Cistron. Rotproviders hebben een slechtere verbinding dan goede. Ik mag met 17,6 Mbps (86%) niet klagen.

Vanaf dat punt wordt het een behoorlijke spaghetti. Als je een website bezoekt in de USA, dan is de snelheid tot die website al behoorlijk afgenomen. Goede websites in New York halen bij mij hooguit 5 Mbps en die in Los Angeles 3 Mbps. Als die getallen lager zijn, dan is er wat aan de hand met het WWW.

Dat verval heeft te maken met meer gebruikers op de lijnen, dus filevorming. Die filevorming is met een veel lagere snelheid als een inbelmodem niet te merken. Die 56kbps dingen halen 40kbps naar de eigen provider en ook 40kbps naar Los Angeles. Bij hogere snelheden als 2Mbps is de filevorming al goed te merken. Los Angeles is dan al gauw 0,6Mps en New York 1Mbps. (1 Mbps = 1024Kbps)

Nederland heeft een behoorlijk goede aansluiting op het WWW. Er zijn landen waar dat stukken beroerder is. Websites bezoeken in zo’n land gaat dan ook een stuk minder vlot. Een Nederlandstalige website of weblog kan dan ook het beste bij een Nederlandse host (gastheer die websites beschikbaar stelt). Dergelijke sites eindigen op .nl alhoewel er ook .com-sites bij Nederlandse hosts staan. Alles bij 1 zo’n host is ook stukken sneller. Met het weblog bij de ene host en reaxi-mogelijkheden bij een andere, ontstaat er 2x zo snel problemen.

Met deze snelheidtester is voor verschillende testlocaties te kiezen.

Nou kan het zijn dat er in het geheel niets aan de hand is met de verbindingen, maar dat de eigen PC van slag is. Vieze cookies of erger kunnen het Internetten behoorlijk verzieken. Virus-, spy- en adware-schoonmakers (als Ad-Aware) kunnen goed helpen. Zelf ben ik erg tevreden over Housecall die dat allemaal in 1x doet. Maar dan moet ik wel verbinding hebben met het Internet.

Er kan echter nog ruiger schoongemaakt worden. Alle ‘cookies’ verwijderen, waardoor ook de slechte cookies verdwijnen. Dit heeft als nadeel dat je bij veel sites weer kenbaar moet maken wie je bent. Tijdelijke Internetbestanden verwijderen heeft minder nadelige gevolgen, maar zorgt ervoor dat veelbezochte websites de eerste keer daarna wat langer duren met laden. Dergelijke zaken kunnen via het browsermenu Extra > Internet-opties.

De c:\windows\temp map leeghalen kan ook goed helpen. Dit zou alleen maar positieve effecten moeten hebben aangezien hier tijdelijke bestanden staan die eigenlijk vanzelf hadden moeten verdwijnen.

Al dit soort zaken is vergelijkbaar met het tanken of de bandenspanning controleren van een auto. De meeste mensen kunnen dit dus prima zelf. Pas als dit allemaal niet werkt is het handig om professionelere hulp in te roepen van een flink ervaren buurjongen.

In het uiterste geval kan de eigen provider gebeld worden. Zij houden je eerst tegen een lucratief bedrag bezig met een setje keuzes, wat reclame, een enquette en wat doorschakelingen om vervolgens vast te stellen dat het niet aan hun deel ligt. Dit hangt overigens erg van de provider af. Die van Wanadoo/Orange zijn ruim onder de maat. Mijn gratis website heb ik al een jaar of 4 bij FOL. Hun gewone telefoonnummer bel ik voor 0,5 cent per minuut waar ik binnen enkele secondes (dus zonder bandjes) iemand aan de lijn krijg die me meteen helpt. Helaas is ADSL bij hen stukken duurder.

Advertentie

Mei-09: But-TV

Alkmaar-Noord wordt nu ook ‘digitaal’. Eerst kon dit niet volgens UPC, maar nu schijnbaar wel. Mij bomt dat niet zoveel. Ik heb de UPC-kabel een jaar terug de deur uit gedaan. Ik keek bijna geen TV en hou er niet van om in m’n uppie voetbal te kijken. Het WK-voetbal was dan ook het heetste hangijzer in de verhitte Alkmaar-digitaal-discussie.

Ik kan vooral niet tegen het 90-minuten volspelen en de buitenspelregel. Misschien vind ik het spannender als voetbalwedstrijden met tennisregels gespeeld worden. Bijvoorbeeld een wedstrijddeel winnen als een club minimaal 2 doelpunten meer heeft dan de ander en de wedstrijd pas winnen als een club 2 wedstrijddelen meer gewonnen heeft. Dat levert dus minimaal 6 doelpunten op, en nooit een gelijkspel. Met Vaticaanstad-Brazilië kan na 10 minuten de TV uit. Duitsland-Nederland zou wel eens enkele dagen kunnen duren als er flink verdedigd wordt. Zoiets zou dus op Cricket gaan lijken.

De laatste keer dat ik echt voetbal gekeken heb was in 1998 in France. In volle dorpscafé’s stond een groot scherm en werd er constant ‘buuuut!’ geroepen. Frankrijk deed het dat jaar dan ook goed en de Fransen waren bar blij. Leuk om mee te maken. En dan heb ik het over de gezelligheid in en rond die café’s. Door deze culturele ervaring begreep ik ook waarom wij vroeger ‘buut’ riepen bij tikkertje met verlos.

Enkele weken eerder zag ik flarden van poelwedstrijden in Wales en Ierland. Hun pubbezoekers waren daar te zeer op de hand van Nederland en hadden vooral niets op met England. Ik heb dus maar niet kenbaar gemaakt dat ik een Nederlander was. Opvallend dat dit soort ‘verbroederende’ wedstrijden zoveel oude wonden openhaalt.